Hoofdstuk 5 | Pranayama

5.1 Inleiding

‘Pranayama’ is het woord uit het Sanskriet dat naar adembeheersing verwijst. ‘Prana’ betekent levenskracht en ‘Yama’ uitbreiding. Anders gezegd houdt pranayama dus in dat je met adembeheersing je levenskracht kunt uitbreiden.

Pranayama oefeningen zijn ademhalingstechnieken wat betekent dat je bewust je adem stuurt. Het is zeker niet de bedoeling dat je je adem forceert. Zodra je hier te gespannen mee bezig bent of jezelf teveel druk oplegt zullen je spieren verkrampen. Dit beperkt juist de doorstroming van levensenergie (prana) in plaats van deze te bevorderen. Het is dan ook erg belangrijk dat je de tijd neemt om een pranayamatechniek je eigen te maken. Niets forceren en je eigen grenzen respecteren.

Effecten

  • Maakt je lichaam schoner
  • Versnelt je stofwisseling
  • Gebruikt spieren die je houding helpen verbeteren (voorkomt stijve, kromme voorovergebogen houding zoals veel oudere mensen hebben)
  • Houdt het longweefsel elastisch waardoor je meer zuurstof kunt opnemen
  • Traint je buikgebied, wat ziekten helpt voorkomen (veel ziekten beginnen in de ingewanden)
  • Helpt bij het versterken van je immuunsysteem
  • Kalmeert de (onrustige/geïrriteerde) geest
  • Vermindert spanning en angst

Zijn de genoemde effecten wel/ niet toepasselijk bij Pranayama?